Plint


In de architectuur verwijst de aanduiding plint of buitenplint naar het onderste deel van een bouwwerk als dat anders uitgevoerd is dan het bovendeel, het opgaande werk. Het kan dan gaan om waterdicht metselwerk, de onderkant van het basement bij zuilen, of zelfs een hele onderste bouwlaag. In de bouwpraktijk gaat het echter meestal om de aanduiding van een binnenplint, zie verder.

Een (binnen)plint is een lijst die op vloerhoogte tegen de wand wordt aangebracht. Ze vormt dus de overgang tussen vloer en wand.
De eerste functie is bescherming van de wandvoet tegen beschadigingen. Daarnaast staat ze in voor een esthetische afwerking.

Bij houten vloeren (parket of laminaat) dient de plint ondermeer voor het afdekken van de naad tussen vloer en wand (nodige ruimte voor uitzetting). Ze verhindert ook dat meubelstukken tegen de muur aanleunen waardoor vocht en stof zich zouden kunnen vastzetten.

De plint is doorgaans van hout of MDF houtvezel, en meestal in een bepaald profiel geschaafd.
In holle plinten kan ook kwetsbare of ontsierende bekabeling worden weggewerkt.

Rondom tegelvloeren wordt soms een plint van dezelfde tegels, natuur- of kunststeen aangebracht.

Daar waar hygiëne noodzakelijk is, zoals in grootkeukens of ziekenhuizen, wordt vaak een holle plint toegepast.

Voor de parketten Berg&Berg levert Eurabo plinten in massief hout FSC/PEFC, zie aanbod.

Foto's