Spantendak


Een spantendak (ook wel sporendak genoemd) onderscheidt zich van een klassiek gordingen- (of sparren)dak doordat het bestaat uit - eventueel geprefabriceerde - spanten, die dan op een regelmatige tussenafstand van elkaar worden geplaatst, doorgaans telkens 45 à 60 cm. De spant heeft, analoog met het gordingendak, doorgaans een driehoeksvorm, vertrekkend op de muurplaat en toelopend in de nok.

Het spantendak wordt meestal ter plaatse samengesteld met de aangeleverde spantplanken, uit naaldhout. Het is ook mogelijk een spantendak volledig te prefabriceren en in zijn geheel te plaatsen.
 
De optredende spatkrachten worden bij voorkeur opgenomen via een verdiepingsvloer ter hoogte van de aansluiting tussen hellend dak en wand. De vloerbalken kunnen in dat geval dienst doen als trekbalken. Daarnaast worden best ook driehoeken gevormd, zowel in de nok als ter plaatse van de aansluiting met de wand, zodat de krachten beter worden gespreid. Het nadeel hiervan is dat deze driehoeken de luchtdichte en dampremmende laag onderaan de spanten onderbreken.

Een spantenconstructie leent zich tot zeer uiteenlopende vormen, waaronder ook het plat dak

De term spantendak is enigszins misleidend omdat ook gordingdaken opgebouwd worden met spantbenen, waarop dan haaks de gordingen worden bevestigd.

Daarnaast wordt de term spant eveneens gebruikt voor overspanningsbalken of overspannende vakwerkconstructies in het algemeen (publieke binneruimtes, hallen, bruggen enz). Dergelijke houten spanten zijn meestal samengesteld volgens de glulam-techniek, gelijmd-gelamelleerd en gevingerlast.

Foto's